Haptonomie – de wetenschap

De grondlegger van de haptonomie is Frans Veldman. Hij groeide op tussen de eerste en tweede wereldoorlog en verdiepte zich van jongs af aan al in de fenomenologie van het voelen, het gevoel en het leven in verbondenheid, alles wat later haptonomie is gaan heten.

Haptonomie richt zich op voelen, aanraken en direct lichamelijk contact:

We raken elkaar van nature aan, zowel letterlijk als figuurlijk. Aanraken is contact maken. Letterlijk betekent con-tact: samen-voelen; onderlinge verbinding, betrekking en voeling. Aanraken dient als voeding om zelf (weer) in beweging en ontwikkeling te komen.

Haptonomie houdt zich bezig met de ontwikkeling van het menselijk gevoelsleven en de ontwikkeling van de tastzin:

Het eerste zintuig wat zich ontwikkeld in de baarmoeder is onze tast, ons gevoel, dit is ons kompas, onze barometer voor de rest van ons leven. Voor kinderen is voelen vanzelfsprekend, wij worden immers als voelers geboren, als kind voel je of iemand aardig is of aardig doet, je weet of iemand wel of niet te vertrouwen is.

Aanraking als basis voor ontwikkeling, groei en bewustzijn heeft voor een volwassene dezelfde betekenis als voor een kind. Aanraken lijkt in onze samenleving wel een cultureel taboe, aanraken is bijna alleen nog toegestaan in de privé sfeer of wanneer het aanraken een duidelijke functie heeft (denk aan verzorgende beroepen), het aanraken heeft zo een min of meer technisch karakter gekregen.

Haptonomie gaat er van uit dat het menselijk lichaam, vooral de beleving van dat lichaam, van fundamentele betekenis is binnen alle menselijke communicatievormen:

Bij communicatie wordt meestal het eerst gedacht aan het uitwisselen van woorden (verbale berichten), we leven immers in een verbale cultuur waarin de nadruk wordt gelegd op individualiteit en prestatie, we worden zo tot denkers gemaakt.  We luisteren nauwelijks nog naar ons eigen kompas, onze barometer, naar de signalen die ons lichaam ons afgeeft. In onze maatschappij wordt communicatie tussen mensen meestal gericht op een bepaald doel of effect echter slechts 7% van onze informatie komt over via woorden, de meeste berichten zend je niet uit in woorden…

Haptonomie gaat ook over houdingen, bewegingen en gebaren:

Ons lichaam wordt gezien als drager van gevoelens, je intentie zet een beweging in, je spieren zijn de dragers en remmers van je bewegingen. Het heeft een geheugen voor gevoelservaringen welke zijn terug te vinden in ons lichaam, bijvoorbeeld door blokkades in bewegingspatronen, remmingen in gevoelsbewegingen, in voorkeurshoudingen en –bewegingen, het vermogen tot het aangaan en beleven van contact.

Woordtaal en lichaamstaal kunnen elkaar aanvullen. Wanneer beide berichten met elkaar in overeenstemming zijn dan versterken zij elkaar, zijn zij niet in overeenstemming dan voel je dat bewust of onbewust, ook aan je lichaam aan en vaak kun je dat ook zien aan gebaren, houdingen en bewegingen.

Haptonomie gaat over ruimte:

Ieder mens heeft een bepaalde ruimte nodig, ruimte om te leven, om te werken, om te Zijn, wordt er aan je ruimte getornd, dan komt de kwaliteit van je leven in het geding.

Als mens hebben we het vermogen om onze tast, ons gevoel en onze ruimte uit te breiden of terug te nemen, ons te verbinden met iets of iemand anders of je los te maken van de wereld om je heen, we kunnen naar buiten gaan of naar binnen, we kunnen ons openen of sluiten. Mensen verschillen in hun geneigdheid tot openen en sluiten, tot het zich verbinden of het alleen gaan uitzoeken, haptonomie geeft je aan den lijve inzicht hoe je geneigdheid hierin is; over hoe je in het leven staat!